DANNY DE MUNK - MIJN STAD
Ik wil niet naar Spanje en ook niet naar Sneek.
Ik wil niet de stad uit nog niet voor een week.
Al geven ze geld toe en dringen ze aan,
Ik denk er niet aan om uit Mokum weg te gaan.
Hier heb je alles wat je hartje bekoort,
Een ruzie en inbraak en soms ook een moord.
Je krijgt op je kanis, je fiets wordt gejat,
Maar wat moet je doen als je Mokum niet had.
Want Amsterdam is poep op de stoep en haat in de straat,
Je bent op je hoede vooral `s avonds laat.
Dansen bij Jansen, kapsones in zuid, een steen door de ruit.
Want Amsterdam is poep op de stoep en haat in de straat,
Een knokploeg die krakers hun huis uitslaat,
Gezellige kroegen, de grachten, het IJ ze horen erbij.
De grachten zijn smerig en op het Leidseplein
Ligt het asfalt weer open als er toeristen zijn.
Overal rotzooi, papier en patat,
Maar toch blijft dit Mokum voor altijd mijn stad.
Het lawaai van de auto`s, de stank in de straat,
Dat zijn niet de dingen waar het hier ook omgaat,
Want je kunt hier nog lachen, er is hier nog gein,
Ik zou echt niet weten waar ik liever zou zijn.
Want Amsterdam is poep op de stoep, en haat in de straat,
Je bent op je hoede vooral `s avonds laat.
Dansen bij Jansen,kapsones in zuid, een steen door de ruit.
Want Amsterdam is poep op de stoep en haat in de straat,
Een knokploeg die krakers hun huis uitslaat,
Gezellige kroegjes, de grachten het IJ,ze horen erbij.
Want Amsterdam is poep op de stoep, en haat in de straat,
Je bent op je hoede vooral `s avonds laat.
Dansen bij Jansen,kapsones in zuid, een steen door de ruit.
Want Amsterdam is poep op de stoep en haat in de straat,
Een knokploeg die krakers hun huis uitslaat,
Gezellige kroegen, de grachten het IJ,ze horen erbij.